Onderwerp: Ambassadeursverdrag met het Duitse Koninkrijk zo sep 27, 2009 12:06 pm
Citaat :
Citaat :
AMBASSADEUR VAN HET DUITSE KONINKRIJK EN HET GRAAFSCHAP HOLLAND
§ 1: De Ambassade van het Duitse koninkrijk in het Graafschap Holland wordt beschouwd als deel van de gebieden van het Duitse koninkrijk. De Ambassade van het Graafschap Holland in het Duitse koninkrijk wordt beschouwd als deel van de gebieden van het Graafschap Holland.
§ 2-1: De ambassadeur van het Duitse koninkrijk bezit diplomatieke immuniteit op het gehele grondgebied van het Graafschap Holland. De ambassadeur van het Graafschap Holland bezit diplomatieke immuniteit op het gehele grondgebied van het Duitse koninkrijk. Deze immuniteit is niet voor ernstige misdadige inbreuken van toepassing, die door de provincie, waarin zij werden begaan, met opsluiting of dood of om worden gestraft te kunnen worden versterkt. Deze immuniteit geldt niet voor ernstige misdaden, die door de provincie waarin deze werden begaan, bestraft worden met opsluiting of de dood.
§ 2-2: De ambassadeur van het Duitse koninkrijk moet zich in het Kasteel en in de Kanselarij van Holland identificeren als ambassadeur en elk bericht ondertekenen met zijn handtekening en functie. De ambassadeur van het Graafschap Holland moet zich in het Kasteel en in de Kanselarij van het Duitse koninkrijk identificeren als ambassadeur en elk bericht ondertekenen met zijn handtekening en functie.
§ 2-3: In het geval dat een ambassadeur van het Duitse koninkrijk ernstig faalt in zijn/haar functie mag de Kanselier van Holland deze persoon de Kanselarij uit te zetten en als persona non grata verklaren. In het geval dat een ambassadeur van het Graafschap Holland ernstig faalt in zijn/haar functie mag de Kanselier van het Duitse koninkrijk deze persoon de Kanselarij uit te zetten en als persona non grata verklaren. Dit vertrek staat gelijk aan een verbanning en deze, tot de grens afgevoerde persoon, zal geen officiële functies meer op het territorium mogen uitvoeren, zonder de toestemming van de in de tijd van de verbanning aangestelde raad.
§ 3: De Koning of Rijkskanselier kan het vertrek van de ambassadeur van het Graafschap Holland eisen. De ambassadeur heeft hierop één week de tijd om het Duitse koninkrijk te verlaten. De Graaf of Kanselier van het Graafschap Holland kan het vertrek van de ambassadeur van het Duitse koninkrijk eisen. De ambassadeur heeft hierop één week de tijd om het Graafschap Holland te verlaten.
§ 4: Het Duitse koninkrijk zal de ambassadeur van het Graafschap Holland op de gebieden van het koninkrijk in alle situaties helpen en beschermen, zelfs als hij er niet naar vraagt, vooropgesteld dat hij de verantwoordelijken van het Duitse koninkrijk zijn verblijf en eventuele reisroute meedeelt. Het Graafschap Holland zal de ambassadeur van het Duitse koninkrijk op de gebieden van het graafschap in alle situaties helpen en beschermen, zelfs als hij er niet naar vraagt, vooropgesteld dat hij de verantwoordelijken van het Graafschap Holland zijn verblijf en eventuele reisroute meedeelt.
§ 5: Wanneer één van de twee partijen het verdrag wenst op te heffen, man moet dit in een geschreven verklaring naar de andere partij verzonden worden. Deze andere partij moet de ontvangst van deze verklaring binnen twee dagen bevestigen. Hierna zal het verdrag na één week ongeldig worden verklaard.
Namens het Duitse Koninkrijk Worms, 25.09.1457
Hulda von Hollenfels, Erzkanzlerin
Kronom von Braunschweig, Reichskanzler
Namens het Graafschap Holland
Colonel van Eckhardt Graaf van Holland
Winterstorm Connor van den Kasteele Kanselier van Holland
Citaat :
BOTSCHAFTER DES DEUTSCHEN KÖNIGREICHES UND DER GRAAFSCHAP HOLLAND
§ 1: Die Botschaft des deutschen Königreiches in der Graafschap Holland gilt als Teil der Territorien des deutschen Königreiches. Die Botschaft dee Graafschap Holland im deutschen Königreich gilt als Teil der Territorien der Graafschap Holland
§ 2-1: Der Botschafter des deutschen Königreiches besitzt auf dem gesamten Territorium der Graafschap Holland diplomatische Immunität. Der Botschafter der Graafschap Holland besitzt auf dem gesamten Territorium des deutschen Königreiches diplomatische Immunität. Diese Immunität gilt nicht für schwerwiegende Straftaten, welche von der Provinz, in der sie begangen wurden, mit Freiheitsstrafe oder Tod bewehrt sind oder bestraft werden können.
§ 2-2: Der Botschafter des deutschen Königreiches muss sich im Schloss und in der Kanzlei der Graafschap Holland als solcher zu erkennen geben, indem er sich im Profil mit seiner Funktion zu erkennen gibt und alle Nachrichten mit seiner Unterschrift und Funktion versieht. Der Botschafter der Graafschap Holland muss sich im Schloss und der Kanzlei des deutschen Königreiches als solcher zu erkennen geben, indem er sich im Profil mit seiner Funktion zu erkennen gibt und alle Nachrichten mit seiner Unterschrift und der Nennung seiner Funktion versieht.
§ 2-3: Im Falle eines schwerwiegenden Fehlverhaltens des Botschafters von der Graafschap Holland innerhalb des deutschen Königreiches, behält sich dieses das Recht vor, den Botschafter des Landes zu verweisen und ihn zur Persona non grata zu erklären. Im Falle eines schwerwiegenden Fehlverhaltens durch einen Botschafter des deutschen Königreiches im der Graafschap Holland, besitzt die Graafschap Holland das Recht den Botschafter des Landes zu verweisen und zur Persona non grata zu erklären. Dieses Abreisen ist einer Verbannung gleichzusetzen und die, so zur Grenze zurückgeführte Person, kann kein offizielles Amt auf den Territorien, von welchen er verwiesen wurde ausüben, und darf sie nicht ohne vorherige Erlaubnis durch den jeweiligen Rat betreten.
§ 3: Der König oder der Reichskanzler können die Abreise des Botschafters der Graafschap Holland verlangen. Der Botschafter verfügt dann über den Zeitraum einer Woche um die Territorien des deutschen Königreiches zu verlassen. Der Regent oder Reichskanzler der Graafschap Holland kann die Abreise des Botschafters des deutschen Königreiches verlangen. Der Botschafter verfügt dann über den Zeitraum einer Woche um die Territorien des Herzogs Mailand zu verlassen.
§ 4: Das deutsche Königreich beabsichtigt, dem Botschafter der Graafschap Holland auf seinen Territorien und in allen Situationen zu helfen und ihn zu schützen, sogar wenn der keine diesbezügliche Anfrage äussert, vorausgesetzt, dieser teilt den Verantwortlichen des deutschen Königreiches seinen Aufenthalt und seine eventuellen Reiserouten mit. Die Graafschap Holland beabsichtigt dem Botschafter des deutschen Königreiches auf seinen Territorien und in allen Situationen zu helfen und ihn zu schützen, sogar wenn der keine diesbezügliche Anfrage äussert, vorausgesetzt, dieser teilt den Verantwortlichen der Graafschap Holland seinen Aufenthalt und seine eventuellen Reiserouten mit.
§ 5: Falls eine der beiden unterschreibenden Parteien den Vertrag zu widerrufen wünscht, so muss diese eine schriftliche Erklärung an die andere Partei schicken. Die andere Partei hat den Erhalt dieser Erklärung innerhalb von zwei Tagen zu bestätigen. Der Vertrag tritt dann eine Woche nach dem Erhalt der Nachricht außer Kraft.
Für des deutschen Königreiches Unterzeichnet in Worms, den 25.09.1457
Hulda von Hollenfels, Erzkanzlerin
Kronom von Braunschweig, Reichskanzler
Für das Grafschaft Holland
Colonel van Eckhardt Graf von Holland
Winterstorm Connor van den Kasteele Kanzler von Holland